Blog
In memoriam: Lee Clayton
Lee Clayton is dood en niemand die het weet. Oké, behalve dan een handvol wat oudere liefhebbers die hem nog kennen van zijn album Naked Child. Volgens Josie Kuhn, Nashvillezangeres en vriendin, overleed de countryrockzanger door zelfdoding op een motelkamer in het plaatsje White House in Tennessee.
Door Harry Prenger
Vooralsnog is zij de enige bron die dit bericht publiceerde op haar Facebookpagina. Laten we er eens van uit gaan dat dit inderdaad klopt. Dan ontstaat er een triest beeld van een man die op 80-jarige leeftijd in volstrekte anonimiteit en eenzaamheid is gestorven. Dat geen noemenswaardige media aandacht hebben besteed aan zijn overlijden is ergens wel begrijpelijk. Clayton is volkomen in de vergetelheid geraakt. Zijn laatste plaat dateert alweer van 1994. Afgezien van optredens in lokale kroegen in Nashville, maakt hij al jaren geen deel meer uit van de muziekindustrie. Geen manager, geen platenmaatschappij, tsja, dan verdwijn je blijkbaar uit het zicht van alles en iedereen. Enkele weken na Kuhns bericht bevestigen de beheerders van zijn website zijn overlijden, al wordt een doodsoorzaak niet genoemd.
“Er is maar een countryzanger die mij heeft beïnvloed en dat is Lee Clayton”, aldus Bono van U2. Eind jaren tachtig ontmoeten ze elkaar: Bono, U2-bassist Adam Clayton (geen familie) en hun idool in Nashville. Ze trekken een paar dagen met elkaar op. “Aardige jongens zijn het”, zegt Lee er nadien over tegen Jip Golsteijn van de Telegraaf. Grote kans dat Naked Child ook voor Bono de eerste kennismaking moet zijn geweest; het is de plaat immers waarmee de countryrockzanger rond 1980 in Europa doorbreekt en in ons land op grote waardering kan rekenen. Hij ontvangt zelfs de Edison-muziekprijs. Uit het juryrapport lezen we: ‘Lee Clayton is er met de elpee Naked Child in geslaagd de grenzen van deze categorie te verleggen. Zijn klare taal, doortimmerde instrumentale aanpak en sterke composities waarin onmiskenbare blues- en rockinvloeden voorkomen, levert één van de hoogtepunten op in een genre dat de laatste jaren aardig in beweging is.’ Tijdens diezelfde Edisoneditie krijgen Stevie Wonder en Charles Aznavour eveneens een beeldje. Lee Claytons naam lijkt definitief gevestigd.
Maar hij is ook eigengereid en onvoorspelbaar. Wanneer in 1967 zijn huwelijk op de klippen loopt besluit hij een opleiding te volgen tot luchtmachtpiloot bij de US Air Force. “Op een ochtend, ik kwam uit de kroeg, stond ik in de file toen een vliegtuig gevaarlijk laag over de snelweg scheerde. Het bleek een noodlanding te maken, maar ik dacht: dat wil ik ook! Ik hield van mijn vrouw, maar zij studeerde wiskunde, in nacht en ontij, en binnen een jaar waren we gescheiden en zat ik bij de luchtmacht.”
En jawel, daar vliegt Billy Hugh Shotts zoals hij eigenlijk heet, in zijn F-101 Voodoo jet fighter door de geluidsbarrière van het luchtruim in Californië. Veel scheelt het niet of hij komt bijna om het leven wanneer hij op 1500 voet in een spin raakt en net op tijd zijn toestel weer recht weet te krijgen. Tijdens zijn diensttijd komt hij in aanraking met cocaïne en alcohol. Onderwerpen die veelvuldig terugkeren in zijn teksten die sowieso sterk autobiografisch zijn. Hij schrijft over zijn avonturen als piloot (Old Number Nine) en over zijn drank- en drugsgebruik. Veelzeggend is de songtitel Tequila Is Addictive.
Billy de legerpiloot voelt in alle vezels van zijn lijf dat hij vooral Lee Clayton de liedjesschrijver is. Een van zijn composities, Ladies Love Outlaws, wordt gecoverd door Waylon Jennings en Everly Brothers. Het levert hem in elk geval een bron van inkomsten op, zodat hij niet meer in zijn auto hoeft te overnachten of via kroegtochten dames hoeft op te pikken voor een slaapplek. Jaren later worden steeds meer liedjes van Lee opnieuw bewerkt, door uiteenlopende artiesten als Willie Nelson, Sturgill Simpson, Bill Callahan, Cat Power en in 1982 zelfs door onze eigen Dizzy Man's Band (Oh, How Lucky I Am).
Lee Clayton raakt vervolgens bevriend met John Prine en Kris Kristofferson, die andere outlaws van de countrymuziek. Uiteindelijk krijgt hij een platencontract aangeboden. Zijn in 1973 verschenen debuut bevat een groot aantal fraaie songs. Wat meteen opvalt is zijn warmmelancholische klaagzang. Wanneer Clayton zingt doet iedereen er het zwijgen toe. De platenmaatschappij doet er alles aan om van de plaat een succes te maken. Een keur aan studiomuzikanten wordt ingehuurd. Carly Simon is te horen in het ontroerende New York Suite 409. Veel helpt het niet. Het album flopt genadeloos. Hier wordt een countryrockklassieker in de kiem gesmoord. Op de hoesfoto kijkt de zanger stoïcijns en een tikje verbaasd voor zich uit, spijkerjasje, broekriem half los, handen in zijn zakken.
Clayton krijgt zijn Edisononderscheiding overigens in de categorie country. Punt is alleen dat de muziek op Naked Child hier niks mee van doen heeft. Tussen de new wave en postpunk van die tijd valt er ineens een plaat op die zich namelijk nergens mee laat vergelijken. De totstandkoming gaat niet vanzelf. Nadat Clayton een meningsverschil krijgt met de producer besluit hij de opnamebanden stiekem uit de studio mee te nemen. Hij bewaart ze zelfs een tijdje onder zijn bed. Pas na lange onderhandelingen met de platenmaatschappij levert hij de tapes alsnog in.
Een aantal songs blijkt voor de muzikanten (o.a. J.J. Cale en bassist Klaus Voormann) in de studio zo aangrijpend en daadkrachtig dat ze het laten bij één take. Dat zijn de versies die op de plaat terechtkomen. De teksten zijn dan ook uiterst persoonlijk. Hij is bepaald niet terughoudend over zijn persoonlijke frustraties, wanhoop, eenzaamheid en teleurstellingen. Over zijn gebrek aan gemoedsrust, over de vrouwen die hij wel ziet zitten maar die hem nooit zien staan. Clayton staat naakt met een fles sterke drank in de lichtval van een deuropening. Om hem heen davert het pikzwart. Dit is een hartekreet van een man die zich neerlegt bij zijn bestaan als eenling, nergens bij hoort, begrijpt dat je moet buigen om niet te barsten, en met dat besef vrede probeert te vinden. Zo klinkt Naked Child. Met dank aan de donder-en-bliksem solo's van de diverse gitaristen en natuurlijk de stem, die ondanks zijn geëmotioneerde oprechtheid pijn doet. Een plaat die je meeneemt naar plekken die anders zijn dan de plekken die je al kent. Een plaat als een desolate spookstad uit het oude Westen. Nu heeft Clayton wèl zijn klassieker op zak.
It's true I'm not much on talking
It's true there's not much I know
But one thing I've learned for certain
You reap whatever you sow
And you ride, you ride alone
Yes you ride, you ride alone
(I Ride Alone)
Het lijkt wel of hij er zo van onder de indruk is dat hij er zelf ook een beetje van schrikt. De bewondering en bekendheid die hij met het album krijgt zakt zienderogen weg wanneer hij daarna weinig meer van zich laat horen. Opvolger The Dream Goes On gaat gebukt onder een typisch jaren tachtig geluid. De plaat doet vrij weinig. Clayton raakt zijn platencontract kwijt. Jaren van stilte volgen. Hij brengt zijn tijd door met nietsdoen. In het leven van de gewezen countryrocker die alles al heeft meegemaakt betekent dit volgens eigen zeggen staren naar het plafond, rusteloos, zonder innerlijke houvast.
Omstreeks 1990 is er zomaar een kleine opleving rond zijn persoon dankzij een hernieuwde belangstelling. Maar Lee Clayton is dan een cultfiguur die slechts bewonderd wordt door een handvol liefhebbers. Hij geeft enkele concerten en interviews aan de Nederlandse pers. Enkele jaren later verschijnt nog een helaas zeer matige studioplaat. Opmerkelijk is echter The Streets Of Nashville - The Little Book. Behalve songteksten en gedichten noteert hij in het bescheiden ogende boekje van amper tachtig pagina's, zelfreflecties en anekdotes over het harde leven als muzikant. Dat hij een keer na een optreden de gage niet in geld ontvangt maar in verdovende pillen. Dat hij een door Billy Joe Shaver betaalde kamer in een pension krijgt aangeboden. Dat hij getuige is hoe diezelfde Shaver een vervelende bezoeker in een bar met één vuistslag tegen de grond slaat. Onomwonden beschrijft Clayton het leven on the road, het overwinnen van talloze tegenslagen, plots opkomende ergenissen over zijn tourmuzikanten, zijn liefde voor het schrijven van songs dat hem al die tijd op de been houdt.
In 2017 laat hij nog een keer van zich horen. Een pakkende rocksong met gebroken stem. Een allerlaatste hartstochtelijke smeekbede. Let Love Live In Me.
Lee Clayton: 29 oktober 1942 - 12 juni 2023