Arno’s Tjens Matic overdondert
Arno’s Tjens Matic overdondert

Orkanen dragen meestal meisjesnamen. Wat mij betreft mag Arno aan die lijst worden toegevoegd. Wie Tjens Matic met de Belgische rockmastodont Arno zaterdag 24 februari in de Maastrichtse Muziekgieterij aan het werk heeft gezien, was getuige van een woeste rock ’n’ roll storm van een dik uur.
Tjens Matic is een samenvoeging van de bands Tjens Couter en TC Matic waarmee Arno Hintjens (1949) vanaf de begin jaren zeventig internationaal furore maakte. Geen moment ging de wind liggen. Als Arno woordvoerder is, zwijgt de zaal. Want het blijft genieten om hem zijn typisch absurdistische koeterwaals te horen uitspreken. Als de band speelt heeft praten sowieso geen zin. Loeihard verklaart Arno en zijn driekoppige band bestaand uit bassist Mirko Banovic, drummer Laurens Smagghe en gitarist Bruno Fevery de liefde aan muziek. Op orkaansterkte toont Tjens Matic zich het gevoeligst.
Arno besloot maar meteen aan het begin de kaarten op tafel te leggen. De avond er voor in Breda had hij de bloemetjes buiten gezet; of in zijn woorden: ‘de tulpen water gegeven’. Hij had een kater. Een biertje uit de zaal sloeg hij beleefd af, want zijn ‘lever moest nog wenen’ na gisteren. Op het podium recupereerde de zanger snel want van een aangepast tempo was allerminst sprake. En misschien was dat voortdurende hoge tempo met oorverdovende volume ook wel het enige punt van kritiek. Omdat hij enkel uptempo nummers uit de oude doos speelde – met als uitzondering het nieuwe en even harde Middle Finger – bleef het muzikaal wat vlak. Een of twee ballades zouden een aangename schuilplaats zijn geweest in deze set. Maar een kniesoor die er wat van zegt. Arno maakte er met zijn uitgelezen band een feest van.
Opgefrist uit het verleden brengt hij de hits, waaronder Oh La La La en Putain Putain, Viva Boema. Zijn pose met heen en weer zwiepende microfoonstandaard en luchtgitaarspel is nog immer zijn onversleten handelsmerk. Net als twee jaar geleden toen Arno op tour was met zijn goed ontvangen album Human Incognito, dat onder meer het prijsnummer I’m Just Aan Old Motherfucker bevat, doorspekt hij de show met een aantal eigengereide mededelingen – arnoïsmen noemt hij ze zelf. Charmezangeres Mireille Mathieu was ook dit keer de pispaal. “Ik ben een fan van haar. Ze is een kunststuk dat nooit is veranderd. Net als la tour Eiffel. Haar kapsel gelijkt de penis van een man. Van Mireille Mathieu – Mimi - krijg ik een cerebrale erectie. Alleen cerebraal.” Aan dik hout geen gebrek.
Hij kondigt liedjes aan als uit de tijd vóór Cola Zero, e-mail en ‘eigenlijk alles’. Een tijd dat de toen door Arno doodverklaarde rock ’n’ roll nog een rol speelde als subversieve kracht, als rebelse uiting van anarchie. Maar Arno blijft moedig brullen, zonder klauwen en bijna tandeloos. Daarbij steeds een gevoel oproepend dat muziek ertoe doet, dat muziek het verschil maakt. Misschien niet meer zo uitgesproken voor de samenleving, maar wel voor een individueel persoon.
De muziek heeft niets aan zeggingskracht ingeboet. Daar heeft de tand des tijds niks aan kunnen veranderen. Arno blijft relevant en even ongrijpbaar. Is hij een relict uit lang vervlogen tijden of een nostalgicus die zwelgt in vroegere oorden en voorbije liefdes? Of trekt hij zich geen bal aan van de tijd of heersende modes en gaat hij zijn eigen gang? Ik denk dat laatste. Arno doet waar hij zin in heeft. Een orkaan laat zich immers niet sturen. Hij overdondert.
Arno’s Tjens Matic: raadpleeg de site voor tourdata.