Uw ervaring op deze site wordt verbeterd door het gebruik van cookies.
Sta cookies toe Meer informatie ×

Column

Tekst: Ludo Diels
ma 7 juli 2025

Bruce Springsteen & de prijs van het teveel

Column

Dat kwantiteit ook een kwaliteit is, lijkt op het lijf te zijn geschreven van Bruce Springsteen. Lijkt, zeg ik met nadruk, want de kwantiteit is gaandeweg zo groot geworden dat ze de kwaliteit begint te verstikken. Tracks 2, de pas verschenen boxset met maar liefst 82 (!) eerder niet uitgebrachte nummers, toont onbedoeld aan waar het bij Springsteen ooit om draaide: weten wat je níét moet uitbrengen.

Tekst Ludo Diels

Laat dat even doordringen: zeven ongehoorde Bruce Springsteen-platen, opgenomen tussen 1983 en 2018, verschenen nu alsnog, in één klap. Niet omdat de wereld schreeuwde om een vergeten demoversie van een middelmatige ballad of een dertien-in-een-dozijn rocker, maar omdat er fans zijn die bij wijze van spreken zelfs het studiogekuch van Bruce op plaat willen horen. Het resultaat is een soort archeologie van de middelmaat. Interessant voor de diehard fan, jazeker, maar even vaak tenenkrommend al die winkeldochters.

Begrijp me goed: ik ben fan van het redelijk eerste uur. (Zie ook: ‘Toen de toekomst begon’) Ik zag hem op talloze plekken in binnen- en buitenland. En ik koester de platen die wél het daglicht zagen – albums vol verhalen over verloren dromen, twijfel, trots en mislukking. Muziek waarin hij als geen ander de Amerikaanse werkelijkheid fileerde. Maar altijd met terughoudendheid: als het niet af was, dan liet hij het liggen.
Ooit waakte hij met monnikachtige precisie over zijn materiaal. ‘Avoid a generic sound’, zei hij ooit in de documentaire Blood Brothers. Zijn perfectionisme was legendarisch. Maar die zelfkritiek is hij de afgelopen jaren kwijtgeraakt. Tracks 2 laat horen waarom veel van deze songs destijds zijn blijven liggen: omdat ze niet goed genoeg waren.

Wat rest is het gevoel dat er iemand aan het hoofd staat van een fabriek waar de machines niet meer uitgezet mogen worden. Plaat na plaat, tour na tour. Liedjes over de supermarkt of het doen van de afwas. En de liveshows? Ja, nog steeds een belevenis — soms zelfs trance-opwekkend. Maar inmiddels is het ook een feest der herkenning, met een voorspelbaarheid die we kennen van André Rieu. Steeds datzelfde grapje aan het eind over hoe moe iedereen is. Altijd diezelfde toegift, als een metronoom van nostalgie.

En dat verkoopt. Daar heeft Springsteen geen last van – van gêne geen spoor. Hij bedient de herinnering, het sentiment, de mythe, met het gemak van iemand die niets meer hoeft te bewijzen. Zijn manager Jon Landau, ooit popjournalist, wist het vanaf het begin: ‘I saw rock and roll’s future and its name is Bruce Springsteen.’ Geen ingeving, maar een ijzersterke marketingzin. Springsteen was geen toeval. Hij was het product.

Geen schande. Maar laten we dan ook ophouden hem te zien als morele monoliet. De man die miljoenen kreeg voor zijn catalogus, een exclusieve deal sloot met Walmart – een bedrijf dat al onder vuur lag vanwege dubieuze arbeidspraktijken –, reclame maakte voor Jeep en dynamic pricing verdedigde omdat ‘hij en zijn band ook betaald moeten worden.’

Tegelijk verdient hij lof voor zijn recente uitspraken tegen de autocratische trekken van Donald Trump. In een tijd waarin velen wegkijken is het goed dat hij zich uitspreekt. Maar laten we hem ook niet tot moreel schild of politiek medicijn verklaren. Daarvoor staat hij inmiddels te ver af van de blue collar working man waar hij ooit over zong. Maar goed — thumbs up, Bruce. Dank dat je je uitspreekt, ook al is het van een afstand.

Wat zijn werk altijd tekende, was het onderzoek. De kritische blik op de belofte van de Amerikaanse droom. Hij was de chroniqueur van zijn tijd en onderzocht de breuken, de twijfel, de mislukking. Die feilbaarheid maakte hem voor mij onweerstaanbaar. Hij liet zien dat het leven van een fabrieksarbeider in New Jersey niet wezenlijk verschilt van dat van een Catalaan of Napolitaan. Zijn liefde voor Amerika was geen vlagvertoon, maar het patriottisme van de twijfelaar – een die zijn land en de mensen probeerde te begrijpen.

En dat is wat ik nu mis. Die zorgvuldig gedoseerde schaarste. Die stilte. Die afwezigheid die sprak. De Bruce die niets uitbracht omdat het nog niet klopte, nog niet noodzakelijk was.
In de overdaad van Tracks 2 verdwijnt iets kostbaars: zijn vermogen tot terughoudendheid. De kunst van het juiste moment. De kracht van afwezigheid. Want soms schuilt de grootste kwaliteit in het niet uitbrengen, in de juiste dosering van materiaal.