Uw ervaring op deze site wordt verbeterd door het gebruik van cookies.
× Sta cookies toe Meer informatie

Interview

Tekst: Louis Nouws
wo 5 augustus 2020

In de nieuwe Heaven: Phoebe Bridgers

Interview

Ze is de tel kwijtgeraakt, zeker is dat Phoebe Bridgers (25) de afgelopen maanden meer dan honderd interviews heeft gegeven. Deels was dat te danken, of te wijten zo u wilt, aan de coronamaatregelen die alle concerten en opnamen stillegden, en dus ruimte gaven voor promotie, deels natuurlijk ook aan haar populariteit. Punisher, zojuist verschenen, is pas haar tweede album, maar haar ster is al hoog gerezen.

Door Louis Nouws
 
Na haar debuut Stranger In The Alps werkte ze af en aan ruim een jaar aan Punisher. “Dat het zo lang duurde kwam vooral doordat ik druk was met andere projecten en optredens”, zegt ze over de telefoon vanuit haar woonplaats LA. Zo vormt ze met zangeressen Lucy Dacus en Julien Baker het trio boygenius en met Connor Oberst het qua naam al even intrigerende Better Oblivian Community Center. Ze kan moeilijk ‘nee’ zeggen op verzoeken van mensen die ze mag. “En afgezien van dat ik het prettiger vind met anderen op te treden in plaats van alleen in het spotlicht te staan, word ik van die samenwerkingen gewoon ook beter. Ik schrijf nu betere nummers dan een paar jaar geleden. Connor is bijvoorbeeld heel goed met teksten, die laat ik graag als editor naar mijn teksten kijken. En hij is natuurlijk mijn held. Ik ben opgegroeid met de muziek van Bright Eyes.”
 
Dood
 
Haar songteksten hebben op het eerste gezicht en gehoor een terloops karakter, alsof ze uit de losse pols observaties en gedachten opschrijft. “Maar ik kan er eindeloos aan schaven. Vaak heb ik wel drie tekstueel behoorlijk afwijkende versies van nummers.” Ze wil niet te veel uitweiden over haar lyrics, omdat ze vindt dat er vaak te veel achter wordt gezocht. Zo zou haar debuutalbum volgens critici over de dood gaan. “Ik zong in Smoke Signals over pelikanen, die staan blijkbaar symbool voor de dood. Ik had geen idee.”
Mogelijk heeft ze zich daarom voor de cover van Punisher laten fotograferen in een fluorescerend skeletpak, om juist stof te geven voor interpretaties. Het verwijst naar het nummer Savior Complex, waarin ze het heeft over geheimen die mensen voor elkaar hebben. All the skeletons you hide/Show me yours, and I’ll show you mine. Tegen het Duitse Rolling Stone liet ze zich ontvallen dat het pak, dat ze voor negen dollar op de kop had getikt, gewoon lekker zit. Ze zei er wel bij dat ze door alle interviews op zeker moment niet meer weet wat te vertellen.
 
Fan
 
De inspiratie voor haar liedjes haalt ze uit het dagelijks leven, en het leven van een levenslustige twintiger gaat doorgaans gepaard met de nodige relatieperikelen. Ze leest ook veel, de Californische schrijfster Joan Didion is een favoriet, en ze kijkt series zoals Fleabag, over het chaotische leven van jonge vrouw in Londen. De schaamteloze eerlijkheid uit die show spreekt haar aan, daar streeft ze ook naar in haar eigen liedjes. Je hoeft in haar teksten dus niet diep te graven om fricties te vinden, maar haar observaties zijn niet gespeend van een mild soort humor, zodat de meest in mineur getoonzette liedjes zeer goed zijn te verdragen. Zo spreekt ze in Kyoto over haar afwezige vader, die tien dagen te laat belt om haar broertje te feliciteren: But you get a few points for trying.
Titelsong Punisher gaat over de soms ongemakkelijke relatie tussen artiest en fan, de opdringerige bewonderaar welteverstaan, die niet weet wanneer de grenzen van het betamelijke worden overschreden: What if I told you I feel like I know you. Opmerkelijk is dat ze het heeft geschreven vanuit het perspectief van de fan. Ze lacht. “Ik zou zo’n obsessieve volger van Elliott Smith kunnen zijn geweest.”
 
Met die in 2003 onder verdachte omstandigheden – zelfmoord? – overleden singer-songwriter is tevens een van haar grootste inspirators genoemd. Daniel Johnston, vorig jaar overleden, is een andere. Beiden getroebleerde zielen met een heel eigen geluid, te scharen onder de noemer zwaarmoedige schoonheid. “Ik heb me altijd aangetrokken gevoeld tot muziek met een sterk emotioneel karakter. Indieartiesten hadden mijn voorkeur, maar ik kon ook genieten van Nirvana, Thin Lizzy en zeker John Lennon.”
In Moon Song zingt ze: We hate Tears In Heaven/But it’s sad his baby died. “Ik heb niets met classic rock”, verklaart ze die zinsnede, “maar droevige liedjes laten me me doorgaans beter voelen. Bij een vrolijk popliedje krijg ik altijd het idee dat ik slimmer ben dan de zanger of zangeres, bij een sad song werkt het andersom. Dan sta ik open voor wat ze me hebben te vertellen.”

Dit interview(fragment) is een van de verhalen in de nieuwe editie van het magazine (#5, 2020) dat vanaf vrijdag 7 augustus bij de abonnees in de bus valt en na het weekend te koop is in de betere boekhandel en veel platenzaken. Punisher van Phoebe Bridgers verschijnt via De Konkurrent.